Basisopleiding tot ZBIW’er: nieuw in opzet en aanpak

Het opleidingenpalet van het OI is een pareltje rijker: de nieuwe Basisopleiding DJI tot ZBIW’er (zorg- en behandelinrichtingswerker). De eerste groep deelnemers heeft acht lesdagen gehad en is daarmee halverwege de pilot van deel 2 van deze opleiding. In opzet en aanpak is deze helemaal anders dan we gewend zijn. Reden temeer om hier met ontwikkelaar/docent Dy-Anne over in gesprek te gaan. Deelnemer Michelle, ZBIW’er op de ISD in PI Vught, vertelt over haar ervaring met de eerste helft van het traject.

Beeld: ©Opleidingsinstituut DJI
Tijdens het luchten speelt Michelle een spel met een gedetineerde ter ontspanning. Ondertussen praten ze over hoe het met hem is.

Deel 1 en deel 2

De Basisopleiding DJI voor ZBIW’ers bestaat net als de andere basisopleidingen uit meer delen. Deel 1 gaat over de generieke kennis en vaardigheden die nodig zijn in de DJI-omgeving. Dit zit grotendeels in alle basisopleidingen. Deel 2 gaat over het werken binnen de forensische omgeving en is functiespecifiek voor ZBIW’ers. Wie nieuw is bij DJI en start als ZBIW’er volgt deel 1 en 2. Wie doorstroomt uit een andere functie en al eerder een basisopleiding DJI heeft gevolgd, stroomt gelijk in deel 2 in.

Dy-Anne Holland staat als ontwikkelaar/docent aan de wieg van de Basisopleiding DJI tot ZBIW’er deel 2. Ze heeft ruime ervaring uit het forensische werkveld en in onderwijsontwikkeling meegenomen toen zij twee jaar geleden bij het OI kwam werken.

Hoe is de Basisopleiding tot ZBIW’er deel 2 ontwikkeld?

“Na een uitgebreid vooronderzoek in het veld en op basis van de expertise van het OI op het gebied van forensische zorg en functieonderwijs, is gestart met de ontwikkeling van de nieuwe basisopleiding. Deze is tijdens de ontwikkeling afgestemd en getoetst met onder meer een klankbordgroep van medewerkers ISD en PPC, de curriculumcommissie zorg, het curatorium van het OI en het landelijke ISD-overleg.”

Waar gaat de opleiding over?

“Deel 2 bestaat uit 3 fases. In fase 1 kijken we de forensische omgeving: waar werk je en wat is jouw rol hierin? Fase 2 gaat over de forensische cliënt: met wie werk je en wat vraagt dit van je? In fase 3 verdiepen we ons in professioneel handelen binnen de forensische omgeving: wat is jouw professionele rol/takenpakket en wie ben jij daarin in samenwerking met anderen? Daarbinnen zoomen we telkens in op specifieke kennis, vaardigheden en houdingsaspecten. Als rode draad door de hele opleiding lopen 3 pijlers. Dat zijn bewust methodisch handelen (doelgericht werken in afstemming met justitiabele en collega’s), de waardendriehoek zorg, veiligheid en autonomie (gebieden die binnen het gedwongen kader steeds onder spanning kunnen staan en bewuste aandacht nodig hebben) en de werkalliantie (het ‘samenwerkingsverbond’ tussen ZBIW’er en justitiabele). Deze pijlers zorgen voor verbinding in de veelheid aan onderwerpen.”

Deze opleiding is heel anders opgezet dan de andere basisopleidingen. Kun je dat uitleggen?

“De opleiding is niet modulair maar een integrale onderwijsvorm met één hoofddocent met expertise op het gebied van forensische zorg die de groep gedurende vijf weken begeleidt, aangevuld met experts en acteurs. Hierdoor staan alle lesdagen met elkaar in verbinding. De deelnemers hebben zelf een actief aandeel in de les. Zij zijn zelf verantwoordelijk voor hun leerproces. De docent is vooral faciliterend en alleen docerend indien noodzakelijk.”

Het is voor mij een kadootje om te ervaren hoe de cursisten zelf aan de slag zijn met hun eigen leerproces en te zien dat dat werkt. - Dy-Anne 

De deelnemers zijn zelf verantwoordelijk voor hun eigen leerproces. Hoe doen zij dit?

“Zij krijgen handvatten om hier vorm aan te geven met opdrachten voor en tijdens de lesdagen en praktijkgerichte ontwikkelopdrachten ter afsluiting van iedere fase. Ze gaan in groepen aan de slag, geven elkaar feedback en oefenen samen vaardigheden. Ze reflecteren gedurende de opleiding op de eigen ontwikkeling en hebben feedbackgesprekken met de hoofddocent om de voortgang te bespreken. Verder hebben de deelnemers een buddy op de werkplek voor de verbinding tussen opleiding en praktijk, als sparringpartner en om vaardigheden met betrekking tot collegiaal overleg en afstemming te kunnen oefenen. In terugkombijeenkomsten na 3 maanden en een jaar na afronding wordt het voorgenomen leerplan geëvalueerd en bijgesteld voor het vervolg. Ook bespreekt de groep dan casuïstiek.”

Na lange voorbereiding is de eerste groep nu gestart. Hoe gaat dat?

“Vanwege de coronamaatregelen zijn de lesbijeenkomsten online, wat aanpassing vergt. Maar we hebben besloten om te doen wat kan, zodat toch een goed beeld ontstaat van de beoogde inhoud, werkwijze en aanpak. Met deze zeer betrokken, enthousiaste groep werkt dat tot nu toe goed. Door de aanpak en opzet gebeurt er echt iets anders dan ik ken uit andere basisopleidingen. Deelnemers zijn heel actief betrokken en zeer serieus bezig met dit traject en hun eigen leerproces. Ze hebben een flinke rol in de lesdagen en brengen zelf praktijksituaties in. Dat is voor mij als docent en ontwikkelaar van de opleiding een kadootje om te ervaren: als je ziet dat iets werkt en als je ziet dat deelnemers blij worden van waar ze mee bezig zijn, ondanks dat er veel van hen wordt gevraagd aan voorbereiding en betrokkenheid.”

De deelnemers werken als ZBIW’er op de ISD of in een PPC. Hoe pakt die mix in de praktijk uit?

“Van tevoren was er wat zorg over het verschil tussen deze werkomgevingen. In de praktijk blijkt juist verbinding te ontstaan. De deelnemers wisselen veel uit en ze willen van elkaar leren. De groep is gemixt qua leeftijd en ervaring, variërend van zeer ervaren tot korter dan een jaar bij DJI. En iedereen draagt bij aan de ontwikkeling van elkaar en zichzelf. Er komen mooie dialogen op gang en met momenten is er oprechte verwondering over hoe je nog meer naar praktijksituaties kunt kijken dan door jouw eigen bekende bril.”

Hoe gaat het met de beoogde kruisbestuiving tussen opleiding en werkomgeving?

“Dat werkt ook goed. Deelnemers nemen onderdelen uit de lessen actief mee naar hun werkplek en bespreken dit met collega’s. Er zijn zelfs collega’s op de werkvloer die intussen zelf om informatie vragen en actief meedenken met opdrachten die de deelnemer voor de opleiding moet doen. Een mooi voorbeeld vind ik dat een is deelnemer gevraagd is om actief mee te gaan denken over het leefklimaat op de afdeling, nadat ze vanuit de opleiding input leverde om de autonomie van de justitiabele te versterken. Een tweede voorbeeld is dat een deelnemer op het moment dat collega’s een patiënt naar de isolatie wilden brengen, voorstelde om eerst te overleggen en het signaleringsplan te bekijken en zo na te gaan wat goed zou passen in de situatie. Dat is een prachtig voorbeeld van bewust methodisch werken met oog voor de werkalliantie en een afweging tussen zorg, veiligheid en autonomie. Met een nog mooiere uitkomst, want de patiënt kon vervolgens met de juiste interventies op de afdeling blijven.”

De opzet om de deelnemers in beweging te brengen met hun eigen ontwikkeling lijkt dus te slagen?

“Het activeren van de professionele houding tot bewust leren handelen met oog voor die werkalliantie en autonomie van de justitiabele is iets wat ik echt voor ogen had tijdens de ontwikkeling van deze opleiding. Om nu te zien hoe elke deelnemer op geheel eigen wijze in beweging komt en meer bewust omgaat met zijn rol en takenpakket stemt mij heel blij. Nog meer als ik ook hoor hoe ze hier met collega’s over in gesprek zijn. Door zo dicht op de praktijk te werken, komen in de opleiding ook de uitdagingen van die werkomgeving aan het licht en de soms zeer complexe opgaves waar ZBIW’ers voor staan, zoals machteloosheid en spanningsvelden van het werken binnen een gedwongen en vooral gesloten kader. Door steeds te werken vanuit interactie tussen de deelnemers en docenten zijn veel dingen bespreekbaar en is er ook een duidelijke input vanuit de praktijk tijdens de opleiding. Het is heel fijn als docent om de groep het hele traject te volgen en stappen te zien maken. Je neemt hen als het ware mee op reis door hun eigen functie.”

Alle deelnemers werken al als ZBIW’er. Wat levert deze opleiding hen op?

“Ze krijgen meer inzicht in hun professionele handelen en ontwikkelen zich hier verder in aan de hand van nieuwe kennis en vaardigheden. Op sommige onderdelen worden ze wakker geschud, soms bekrachtigd in wat ze al doen en soms uitgedaagd om dingen eens anders aan te pakken of actief in gesprek te gaan met collega’s over hoe dingen gaan op de afdeling.“

Als het weer kan, wil je deze opleiding met fysieke bijeenkomsten gaan uitvoeren. Wat levert dat extra op?

“Ik verwacht dan een hoger leerrendement. Op complexe thematiek blijft de verdiepende laag online soms uit of lukt het de deelnemers niet goed om de theoretische kaders te pakken. Fysiek heb je onderwijstechnisch net wat meer mogelijkheden om dingen te verduidelijken of deelnemers letterlijk zelf in een model te plaatsen en te laten ervaren. De belangrijkste reden voor fysiek opleiden voor deze functie is de aanwezigheid van het hele lichaam. Mensen met een psychische kwetsbaarheid zijn zeer sensitief voor lichaamstaal en hierop kan geen bewustwording, feedback en oefensituatie plaatsvinden online. Ik ben dan ook benieuwd naar de eerste fysieke uitvoering met alle dimensies.”

Gaan jullie deze eerste groep zodra het kan, ook een fysieke aanvulling bieden?

“Deze groep doet waardevolle leerervaringen op. Deelnemers ontwikkelen zich zichtbaar. We weten welke onderdelen zijn vervallen, doordat online niet ging. Na de laatste lesdag zullen we kijken wat de gevolgen hiervan zijn en of iets extra’s nodig is om deze groep toch het totale plaatje te kunnen bieden.”

Michelle neemt deel aan de eerste uitvoering. Ze werkt als ZBIW’er op de ISD in PI Vught.

Theorie direct gekoppeld aan praktijk

Michelle neemt deel aan de pilot. Ze heeft zeven lesdagen achter de rug en is daarmee halverwege de opleiding. Ze heeft in 2018 haar hbo-diploma Sociaal Pedagogisch Hulpverlener gehaald en werkt sindsdien als ZBIW’er. Wat brengt de opleiding haar? “Ik vind het heel interessant tot nu toe. Het is een verdiepingsslag voor mijn werk. Er is wel wat herhaling met de SPH omdat die nog vers is voor mij. Veel is echter nieuw, bijvoorbeeld het DJI-specifieke. Waardevol is dat de theorie aan de praktijk wordt gekoppeld, zowel in het huiswerk als bij de opdrachten tijdens de lessen en reflectie. We werken allemaal in eenzelfde omgeving met een gedwongen en gesloten kader wat zorgt voor herkenbare casuïstiek. En je kunt gelijk alles toepassen in je werk.”

De meerwaarde van deze opleiding zit vooral in de koppeling van de theorie aan de praktijk. - Michelle 

Weten wat je doet en waarom

Of je nu kort of langer werkt als ZBIW’er, de opleiding is sowieso een aanrader. “Je leert meer methodisch te werken: je weet wat je doet en waarom je het doet. Het gaat erom hoe je kijkt naar de doelgroep, je omgeving en je collega’s en hoe je daarin kunt bewegen. Als je de theorie erbij pakt, kun je reflecteren: zit ik op de goede weg, overvraag ik niet, hoe kan ik het anders doen? Kortom, het geleerde is gelijk toepasbaar.”

Online is een goede oplossing

Momenteel is het beleid dat leeractiviteiten die online kunnen, online worden gegeven. Dat geldt ook voor deze opleiding. “We zouden liever fysiek bij elkaar zijn gekomen, maar voor nu is dit een goede oplossing. De bijeenkomsten vinden plaats met de BigBlueButton (BBB). Ik vind het wel een prettig programma. Beeld en geluid zijn goed, presentaties kunnen goed worden gedeeld en we kunnen ook makkelijk uiteen in subgroepen.”

Deze zomer wordt deel 2 van de Basisopleiding DJI tot ZBIW’er geëvalueerd. Vanaf dat moment zullen nieuwe uitvoeringen worden gepland. Ga naar Basisopleiding DJI tot ZBIW’er deel 2 voor meer informatie. Indien je belangstelling hebt om deel te nemen én toestemming van je leidinggevende en/of opleidingscoördinator, kun je je aanmelden op de interesselijst in Sophie. Deel 1 zal binnenkort worden gepubliceerd.